Islamitische Staat (IS) heeft drie Chinezen geëxecuteerd. Het gaat hoogstwaarschijnlijk om Oeigoerse moslims die zich hadden aangesloten bij IS. Het drietal heeft geprobeerd zich uit de voeten te maken en werd vervolgens door medestrijders vermoord.
Twee van hen zijn in december onthoofd, samen met elf anderen; de derde werd al eind september doodgeschoten nadat hij had geprobeerd naar Turkije te ontkomen in een poging zich weer bij een universiteit aan te melden.
De executies werden wereldkundig gemaakt door de Chinese krant Global Times. Die citeert een Koerdische official die de moorden als volgt toelicht: ‘Islamitische Staat heeft hen verraad ten laste gelegd en beschuldigde hen van een vluchtpoging.’
Jihadstrijders
Het vermoorden van de drie Chinezen onderstreept niet alleen hoe hard het er binnen facties van IS aan toegaat, maar vestigt ook de aandacht op een onderbelichte kwestie: net als veel Europese landen is ook China leverancier van honderden jihadstrijders. Voor de Chinese veiligheidsdiensten vormen zij een even grote kopzorg als terugkerende IS-strijders voor Europese veiligheidsdiensten. Vorig jaar was er sprake van een sterke toename van terroristische aanslagen door Oeigoeren in de provincie Xinjiang, waarbij tientallen doden zijn gevallen. Of daarbij sprake was van aanslagen door terugkerende jihadgangers, is onduidelijk.
Belangrijke verschillen met Europese landen zijn er ook. Zo willen Oeigoerse strijders onafhankelijkheid voor hun deel van China, iets wat niet speelt bij Europese jihadstrijders. In IS bestaat ook sympathie voor dat streven. IS-leider Abu Bakr-Al Baghdadi publiceerde vorig jaar een kaart waarop Xinjiang tot zijn kalifaat werd gerekend.
Niettemin weigert China mee te doen aan de internationale coalitie die poogt IS te verslaan, een ander groot verschil met Europese landen. Daarbij wordt een aloud argument van stal gehaald: geen inmenging in binnenlandse aangelegenheden, in dit geval die van Syrië en Irak. Dat was ook het argument dat China eerder aanvoerde om niet met het Westen te willen meewerken aan het afzetten van de Syrische president Assad. Indirect droeg China daardoor bij aan het versterken van IS, aangezien Assad bezig is geweest zijn meest radicale tegenstanders op te kweken om de wereld te kunnen tonen dat hij het enige alternatief voor Syrië is.
Magneet
Mogelijk heeft China zich daarbij in de eigen voet geschoten, want de successen van IS werken als een magneet op Oeigoerse moslims. Zij zien hun cultuur bedreigd worden door de Chinese autoriteiten en voelen zich in eigen land gediscrimineerd. Een groeiend aantal van hen neemt deel aan de jihad. Waren dat er vorig jaar zomer nog maar honderd, inmiddels wordt hun aantal op driehonderd geschat.
Via Turkije hebben zij toegang tot Syrië gekregen. De Chinese autoriteiten zijn daarom boos op de Turkse regering. In reactie op het bericht over de moord op drie landgenoten benadrukte China dat ‘tegen alle vormen van terrorisme’ moet worden opgetreden. Daarbij werd de Oeigoerse ‘Islamitische Beweging voor Oostelijk Turkestan’ wel, maar Islamitische Staat niet met name als doelwit voor China genoemd.
Leave a Reply